Kleine distilleerderijen – Gastblog Marketing Tribune
27.06.2016Kleine distilleerderijen teken aan de wand
Soms moet me iets van het hart. Bijna dagelijks stelt men mij de vraag, direct gevolgd door het verwachte antwoord: ‘wat denkt u van de opkomst van kleine brouwerijen en distilleerderijen, is dat geen enorme boost voor uw vak?’ Ik bijt dan even op mijn tong om te voorkomen dat de accuut opkomende ergernis mij tot een venijnige uitspraak verleidt.
De vraag stellen en hem zelf min of meer beantwoorden, is helaas illustratief voor zowel het imago van als het gebrek aan kennis over het ambacht dat ons land als sinds begin 20e eeuw teistert. Met het grootste gemak scheert de vraagsteller brouwerij en distilleerderij over één kam. Hij gaat er tevens van uit dat nieuwkomers per definitie iets toevoegen aan een voor hen troebele branche en er ligt tegelijk in besloten dat ik daar als medestoker wel blij mee zal zijn. In het ergste geval laat de persoon terloops nog even vallen dat ze zelf ook een distilleerderij willen beginnen en vragen ze er besmuikt achteraan of ze misschien gebruik mogen maken van mijn ketels. De ergernis van eerder zet zich op zo’n moment om in wanhoop. Ik antwoord dat wij druk bezet zijn en geen ongeschoolde krachten met ons materiaal laten spelen. Vervolgens druipen zij beledigd, doch geen illusie armer af, integendeel zij zullen mij bewijzen dat zij de vakman zijn waar Nederland al zo lang op wacht.
Als we dit relaas terug plaatsen naar de tijd waarin de uitoefening van een ambacht nog op waarde werd geschat, als zodanig erkend werd en bescherming vond in een gilde, is het glashelder dat het waanzinnig is te denken dat je uitsluitend op basis van een nachtje slapen en ontwaken met een ‘geweldig smaakidee’ de wereld zult gaan veranderen als distillateur. Toch zijn we anno 2016 zover gekomen, dat mensen die hun baan verliezen, of geen voldoening meer vinden in hun dagelijkse werkzaamheden niet gehinderd door gebrek aan vakkennis met een goudgerande oprotpremie of spaarcentjes, in een vermoedelijk door genotsmiddelen opgewekte vlaag van verstandsverbijstering al dit geld in distilleerketels stoppen om de wereld gewag te doen van hun nieuwe roeping. Velen zonder zich over de markt te informeren of zich in de geschiedenis te verdiepen. Zij trachten opnieuw het wiel uit te vinden alsof oude kennis nooit heeft bestaan, laat staan nog bestaat. Zij worden daarin gesteund door de medelanders die net als zij totaal geen besef hebben van het feit dat distilleren een ambacht is, dat je bij gebrek aan opleidingsfaciliteiten leert van een meesterdistillateur. Ja ja, dat woord bestaat nog steeds maar voornamelijk als titel zonder inhoud. Zelfs mensen die ‘bronwater’ toevoegen aan alcohol noemen zichzelf meesterdistillateur, een ketel hebben ze echter nog nooit aangestoken.
En dat is dan ook precies waar het om gaat. De oorzaak zit bij de onzinverhalen die over ons ambacht legaal de wereld in worden gestuurd. Het ambacht distilleren is vogelvrij, je kunt van alles roepen, geen haan die er naar kraait. Wettelijk is het vak onbeschermd, iedereen kan zichzelf distillateur noemen. Hoe kunnen we in een tijd waar het vak distilleren zo is uitgemergeld dat de vaktermen die ooit gehanteerd werden tot holle frases zijn verworden, nog weten dat het werkelijk een ambacht is. Niet een vervlogen droom, maar een vak waarin oefening kunst baart. Wat zeg ik… kunst? Inderdaad u leest het goed, zelfs Plato stelde in zijn tijd vast dat hoewel vakmensen allemaal dichters zijn (–) zij geen dichters worden genoemd maar andere namen krijgen.
‘Vakmanschap duidt ogenschijnlijk misschien op een manier van leven die door de komst van de industriële samenleving in verval is geraakt, maar dat is misleidend. Vakmanschap staat voor een duurzame, basale menselijke drijfveer, het verlangen om werk goed uit te voeren omwille van het werk zelf.’
– Richard Sennett, de ambachtsman
Vakmanschap bestaat zolang het publiek, de maatschappij haar herkent en erkent. Zodra een ambacht geen deel meer uitmaakt van onze gedeelde waarden, ofwel zodra men het ambacht als zodanig terugbrengt tot een handeling die door elke leek kan worden verricht, is het bestaansrecht van een ambacht verdwenen. Dat elke betoegde leek een distilleerketel(tje) aanschaft en zichzelf uitroept tot distillateur, illustreert de ondergang van een ambacht. Terug naar waar het ooit begon: als huisvlijt.