Geschiedenis van GENEVER
De jeneverbes is de naamgever van deze typisch Hollandse drank.
Deze bessensoort werd meegestookt met het distillaat om de smaak te
verbreden. Bovendien werden er geneeskrachtige eigenschappen toegedicht aan de jeneverbes. Van oorsprong is genever dan ook meer een medicijn dan een genotsmiddel.
Populaire borrel
Genever werd pas een populaire borrel in de 16e eeuw. De Amsterdammers waren de eersten die moutwijnen uit graan produceerden. Zij liepen met hun nieuwe borrel een eeuw voor op de Schiedammers. Iedere stoker produceerde zijn eigen genever volgens de oude methode, naar eigen inzicht. Dat leverde zeer specifieke en herkenbare smaakeigenschappen op. En een eigen, zelfs internationale klantenkring. De VOC bijvoorbeeld bestelde zijn genever speciaal in Amsterdam en nam uitsluitend genoegen met genever bereid van moutwijn uit Weesp.
Onvergelijkbaar
De jonge genever die wij nu kennen, ontstond eind 19e eeuw en heeft met
het traditionele product niet veel meer te maken. De ontwikkeling van de
kolommendistillatie en het ontstane overschot aan suikerbieten bracht de overheid op het idee om op een goedkope en efficiƫnte manier alcohol te maken. Het resultaat was een nietszeggend, smaak- en reukloos product, dat werd gebruikt in plaats van moutwijn. Deze jonge borrel werd door zijn prijsstelling voor iedereen bereikbaar, maar was onvergelijkbaar met het oorspronkelijke product. Door commercie en nieuwe technologien is het oude ambacht hopeloos in de vergetelheid geraakt. Praktisch niemand weet tegenwoordig nog hoe perfect een goed gemaakte genever kan smaken! Tenzij u natuurlijk Van Wees drinkt.